In just a little under two weeks I fly out the coop to Medellin, Colombia. Escobar’s hometown, a city reborn after being run by drug cartels, receiving a second life and now attracting people from all over, including this little rat I call myself. They also call the me Michellin, the fat rat from Medellin.
Ergens heeeel lang geleden vond ik het idee van zuid amerika super indrukwekkend. De verschillende culturen, dialecten en mega veel verschillende landschappen, een mix van alle dingen die ik wel een keertje wilde zien en ontdekken. Vorig jaar maakte ik de eerste stap in die richting, door de master Latin American Studies te kiezen, een sociaal/ antropologische master gericht op social fenomenen en problemen in zuid amerika, met de optie om zelf een onderzoek te doen! Toen ik dat te horen kreeg sprong ik bijna van mijn stoel, dat vond ik wel een leuk idee. Na de eerste les was het wel duidelijk. Omringd door studenten die zelf uit Zuid-Amerika kwamen of er een extra grote passie voor hadden, al heel snel voelde ik me helemaal op mijn plek. En na 3 maanden in Peru voor mijn onderzoek wist ik het zeker, dat ik zou teruggaan naar Zuid Amerika.
Maar eerst moest ik nog iets belangrijks afronden… mijn scriptie. Een verslag van 20.000 woorden over de invloed van toerisme op de lokale bevolking en de vraag of duurzame toerisme nou echt zo duurzaam was. Honderdduizend meningen later kwam ik tot de conclusie dat toerisme heeeel ingewikkeld is. Met toerisme wil je de mensen in die regio de kans geven om geld te verdienen maar ook niet te veel; je wilt een cultuur behouden maar ook niet te traditioneel laten zijn- en tegelijk ook niet te modern.
Vorige week had ik een gesprek met een groepje van het taalcafe, waar ik elke woensdag spaans oefen. Het ging over de definitie van duurzame toerisme. Een grappige vrouw van rond de 60 vertelde dat ze over een paar weekjes met haar man naar Chile zou gaan met een duurzaam toerismebedrijf. De jongen naast mij riep, “Y que, vas con el boot??”. Mensen denken vaak direct aan vervoer als ze aan duurzame toerisme denken, aan de “big bad airplane”. Maar inmiddels heb ik wel een beetje geleerd dat duurzaamheid ook over veel andere dingen gaat. De NGOs die ik had geinterviewd, organisaties die werken met duurzaam toerisme, vonden het bijvoorbeeld belangrijk dat de communities waarmee zij werkte aan bepaalde eisen voldeden, zoals Swerken met natuurlijke materialen en traditionele kleuren. Maar voor de communities zelf was dat niet het belangrijkste, zij wilde vooral de kans hebben om hun kinderen naar school te sturen, ook als die een paar dorpen verderop was.
Zo leerde ik langzaam een beetje het verschil in hun belangen. En met langzaam bedoel ik ook echt langzaam. Door de taalbarriere (zij spraken bijna geen spaans en ik geen Quechua) en door hun afgelenheid was het soms lastig om een weg te vinden naar antwoorden zonder iemand die me een beetje op weg kon helpen. Maar uiteindelijk kwam ik terug naar Nederland met veel om over te schrijven, en met een hele onvergetelijke, coole ervaring! Een ervaring die mij heeft geinspireerd om terug te gaan, deze keer naar Colombia, het noorden van Peru en wie weet, misschien nog Argentinie! Deze keer zonder verplichtingen, alleen tijd om te vullen met koffiebonen, llamas, leuke mensen, leuke gesprekken hoop ik, mooie omgevingen, en lekker eten!